Maarten 't Hart (Maassluis, 25 november 1944) is een Nederlandse bioloog en schrijver. Hij werd geboren als oudste zoon van een gereformeerde grafdelver. 't Hart is gehuwd met Hanneke van den Muyzenberg en woont in Warmond.
Hij bezocht het Groen van Prinstererlyceum[1] in Vlaardingen en studeerde biologie aan de Rijksuniversiteit Leiden, waar hij in 1978 promoveerde op het proefschrift A study of a short term behaviour cycle: Creeping through in the three-spined stickleback[2]. Hij werkte daarna als etholoog. Overige wetenschappelijke publicaties: Ratten (1973), De stekelbaars (studie, 1978).
Als schrijver debuteerde hij in 1971 onder het pseudoniem Martin Hart met Stenen voor een ransuil. Zijn doorbraak kwam in 1978 met de roman Een vlucht regenwulpen. Veel werken verhalen over zijn jeugd in christelijk Maassluis - in het bijzonder de gereformeerde zuil -, zijn ervaringen als bioloog en zijn voorliefde voor klassieke muziek, literatuur en zijn onafhankelijke geest.
Een vlucht regenwulpen is in 1981 verfilmd door Ate de Jong, met in de hoofdrol Jeroen Krabbé. Boeken van 't Hart zijn in diverse talen vertaald, onder meer in het Duits, het Engels en het Zweeds. Voor Het vrome volk kreeg hij in 1975 de Multatuliprijs. Het woeden der gehele wereld werd in 1994 bekroond met de Gouden Strop.
In 2003 werd 't Hart benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
In zijn studententijd heeft 't Hart gebroken met het christelijke geloof. Hij is in latere boeken soms sterk polemisch tegen het geloof uitgevallen en zette zich af tegen met name monotheïsme. Vooral zijn twee bundelingen 'alternatieve bijbelstudies' Wie God verlaat heeft niets te vrezen en De bril van God zijn hier een scherp voorbeeld van. Ook in zijn romans en boeken is vaak een tegelijk nostalgische en afwijzende houding te bemerken jegens zijn jeugd in de gereformeerde wereld.
't Hart bedient zich vaker van polemiek, onder meer tegen de feministische beweging (bijvoorbeeld in De vrouw bestaat niet) en literatuurrecensenten (zoals in De som van misverstanden). Hij kan hierin buitengewoon fel betogen.
In 1991 baarde 't Hart veel opzien door op het Boekenbal uit de kast te komen als travestiet. In de jaren 90 trad hij af en toe publiekelijk op als "Maartje" in vrouwenkleding, maar omstreeks 2000 is hij daarmee gestopt. Over zijn voorkeur voor vrouwenkleding schreef Mensje van Keulen het boek Geheime dame (1992).
In 2006 kwam de boekverfilming van Het woeden der gehele wereld van regisseur Guido Pieters uit. Op 25 augustus 2009 verscheen de roman Verlovingstijd, die zich opnieuw afspeelt in Maassluis en Vlaardingen en die volgens 't Hart zelf autobiografische elementen bevat. Zoals gewoonlijk spelen muziek en religie een grote rol.